Hoorn vierde Sint-Maarten anders

In Westfriesland wordt Sint-Maarten in 2020 anders gevierd dan gebruikelijk. De veiligheidsregio raadt sterk af om op 11 november langs de deuren te gaan. Hiermee hoopt men nieuwe coronabesmettingen te voorkomen. Op scholen en thuis zijn voor de kinderen alternatieven bedacht.
Sint-Maarten is in Westfriesland diep geworteld maar het feest werd niet overal op dezelfde wijze gevierd. In Hoorn nam de sint-maartenviering meerdere dagen in beslag, niet in november maar in augustus! Een enquête onder de bevolking maakte in 1967 een einde aan deze afwijkende traditie.

Sint-Maarten

Sint-Maarten, ofwel Martinus van Tours, groeide in de middeleeuwen uit tot een populaire heilige. Volgens de legende was hij een vroom Romeins soldaat die een verkleumde bedelaar de helft van zijn mantel schonk. Hij bekeerde zich tot het christendom en werd later tot bisschop van Tours gekozen. Martinus overleed in het jaar 397 en kreeg op 11 november zijn laatste rustplaats. Deze dag werd later de naam- en feestdag van de heilige. Het werd een dag van de armen die langs de huizen trokken voor eten om de winter door te komen.

Kranten geven een beeld hoe Westfriese kinderen vroeger op 11 november langs de deuren gingen. Zo trok in 1907 de jeugd in Zwaagdijk in groepjes van deur tot deur met een lampion of stallantaarn. Ter opluistering van de rondgang bliezen jongens op koehoorns en was een van hen als de heilige Martinus uitgedost. Overigens kregen ze geen lekkernij maar geld. Kinderen in Wijdenes, ‘onverschillig van welken stand’, liepen in 1932 twee aan twee met een uitgeholde suikerbiet als lampion. In Hauwert deed omstreeks 1900 de stand er wel toe. Daar gingen op 11 november vooral arme katholieke kinderen uit Nibbixwoud rond.

 

Feestweek in Hoorn

In Hoorn werd Sint-Maarten op geheel eigen wijze gevierd. De viering vond eind augustus plaats, na de kermis. Het feest begon op de vierde maandag en duurde maar liefst een week. Huizen werden aangekleed met slingers en erebogen en kinderen gingen met een versierd tafeltje langs de deuren. Een grote lampionnenoptocht van verklede kinderen vormde het hoogtepunt. Over de oorsprong van de Hoornse variant tast men in het duister. Mogelijk is deze ontstaan uit een combinatie met een feestdag van een andere heilige.

De sint-maartenviering in Hoorn was traditioneel ook het toneel van opgeschoten jongeren die met knalvuurwerk de stad onveilig maakten. In 1908 liep het behoorlijk uit de hand en voerde de politie charges met degenstok en sabel uit om de orde te herstellen. Vuurwerk en het stoken van vuurtjes op straat bleef een terugkerend sint-maartenritueel van de oudere jeugd in Hoorn.

In de jaren 50 van de twintigste eeuw kregen Hoornse kinderen met Sint-Maarten geen lekkernij of geld maar zegeltjes. De mooiste tafeltjes en kinderen die de meeste zegeltjes hadden verzameld, werden met een prijs beloond. In 1959 stapte men van dit zegeltjessysteem af en werden de feestelijkheden naar drie dagen teruggebracht.

 

Enquête

Sint-Maarten werd in de jaren 50 en 60 door de Hoornse Jeugdraad georganiseerd. In 1966 besloot het bestuur van deze organisatie een onderzoek naar de viering van het kinderfeest in te stellen. Hoewel de grote lampionnenoptocht nog steeds populair was, gold dat in mindere mate voor het versieren van tafeltjes. Een belangrijk doel van het onderzoek was na te gaan of de viering in augustus of op 11 november zou moeten plaatsvinden. Ook het meerdaagse karakter van de sint-maartenviering werd ter discussie gesteld. Aan de hand van een vragenlijst werden in het daaropvolgende jaar honderden Hoornse gezinnen geraadpleegd. De uitkomst van de enquête was duidelijk: een ruime meerderheid van de ondervraagden vond drie dagen Sint-Maarten te lang en had een voorkeur voor een viering op 11 november. Met deze uitkomst kwam per direct een einde aan de afwijkende sint-maartenviering. Sinds 1967 vieren de kinderen in Hoorn Sint-Maarten op dezelfde wijze als in de rest van Westfriesland.

 

Geselecteerd uit onze collectie