U doorzoekt hier de complete collectie van het Westfries Archief.
Klik op de info-knop boven de zoekbalk voor tips bij het zoeken.
Voor bouw- en hinderwetvergunningen hebben we een speciale zoekpagina.
Wilt u de originele stukken raadplegen die u heeft gevonden? Vraag het stuk dan aan via de knop Aanvragen en kom langs tijdens onze openingstijden. Meer uitleg over het aanvragen van stukken vindt u hier.
Zoeken in alles (inclusief archieven)
1685_136 ONA 136. Abbekerk, akten notaris Muus Dool, 1733-1739.
Attestatie, 15-2-1734
Notaris:
Muus Dool
Plaats notaris:
Abbekerk
Soort akte:
Attestatie
Persoon in notariële akte:
Annotatie1:
Zie ook: 4775/109.
Betreft insinuatie gedaan in verband met 2 destijds gevangen zittende verdachten in een bepaalde strafzaak.
Betreft insinuatie gedaan in verband met 2 destijds gevangen zittende verdachten in een bepaalde strafzaak.
Annotatie2:
Geen notariële akte, maar een oud-rechtelijk stuk; men compareert hier voor de secretaris der stede Abbekerk M. Dool (zie: Dool, Muus Kornelisz).
Op verzoek van Jan Simons Abbekerk, wonende te Abbekerk, attesteren 2 schepenen der stede Abbekerk aldus: ‘Wij ondergesz[eyde] Cornelis Jansz Wiers’ (zie: Wiers, Kornelis Jans) ‘ende Luytjen Jansz Langedijk’ (zie: Langedijk, Luitje Jans), ‘beyde als schepenen der stede Abbekerk, certificeeren bij desen - in presentie van mij ondergen[oemde] secretaris - ten versoeke van Jan Zymons Abbekerk, woonende tot Abbekerk, dat wij beyde op den 30 jan[uary] laestleden sijn gekoomen ten huyse van Pieter Hendrikz Langedijk’ (zie: Langedijk, Pieter Hendriks), ‘sijnde in sijn leven geregtsbode deser stede Abbekerk, ende aan deselve hebben afgevraagt of hij ook nog konde v[er]klaren, hodanig, ofte van wien de gem[elde] Jan Zymons Abbekerk in ’t laestverleden jaar als schepen sijnde der stede Abbekerk, was geïnsinueert geworden om sekere getuygen in de zake van d' heer off[icie]r contra Pieter Adriaens Vet en Claes Leeuw’ (zie: Vet, Pieter Adriaans, en: Leeuw, Klaas Kornelisz!), ‘diestijts gevangenen, te hooren, ende op artikulen te doen antwoorden, waarop de bovengen[oemde] bode Langedijk aan ons heeft beantwoort, dat hij de voors[eyde] insinuatie aan gen[oemde] Jan Zymons Abbekerk heeft gedaen uyt ordre van de advocaat E. Lepie, sijnde diestijts advocaet van d' voors[eyde] gevangenen, ende dat deselve advocaet doen ook hadde betuygt aan d' opgen[oemde] bode, dat de voors[eyde] insinuatie om d' getuygen te hooren was volkomen met kennisse en ordre van de bovengen[oemde] officier der stede Abbekerk. Tot blijk der waerheyt bij ons schepenen getekent op den 15 feb[ruary] 1734.’
Op verzoek van Jan Simons Abbekerk, wonende te Abbekerk, attesteren 2 schepenen der stede Abbekerk aldus: ‘Wij ondergesz[eyde] Cornelis Jansz Wiers’ (zie: Wiers, Kornelis Jans) ‘ende Luytjen Jansz Langedijk’ (zie: Langedijk, Luitje Jans), ‘beyde als schepenen der stede Abbekerk, certificeeren bij desen - in presentie van mij ondergen[oemde] secretaris - ten versoeke van Jan Zymons Abbekerk, woonende tot Abbekerk, dat wij beyde op den 30 jan[uary] laestleden sijn gekoomen ten huyse van Pieter Hendrikz Langedijk’ (zie: Langedijk, Pieter Hendriks), ‘sijnde in sijn leven geregtsbode deser stede Abbekerk, ende aan deselve hebben afgevraagt of hij ook nog konde v[er]klaren, hodanig, ofte van wien de gem[elde] Jan Zymons Abbekerk in ’t laestverleden jaar als schepen sijnde der stede Abbekerk, was geïnsinueert geworden om sekere getuygen in de zake van d' heer off[icie]r contra Pieter Adriaens Vet en Claes Leeuw’ (zie: Vet, Pieter Adriaans, en: Leeuw, Klaas Kornelisz!), ‘diestijts gevangenen, te hooren, ende op artikulen te doen antwoorden, waarop de bovengen[oemde] bode Langedijk aan ons heeft beantwoort, dat hij de voors[eyde] insinuatie aan gen[oemde] Jan Zymons Abbekerk heeft gedaen uyt ordre van de advocaat E. Lepie, sijnde diestijts advocaet van d' voors[eyde] gevangenen, ende dat deselve advocaet doen ook hadde betuygt aan d' opgen[oemde] bode, dat de voors[eyde] insinuatie om d' getuygen te hooren was volkomen met kennisse en ordre van de bovengen[oemde] officier der stede Abbekerk. Tot blijk der waerheyt bij ons schepenen getekent op den 15 feb[ruary] 1734.’
Annotatie3:
N.B. 1: Dit betreft een strafzaak rond het ‘afsnijden van de keel’ van Kornelis Pietersz Boon uit Lambertschaag, op zijn sjees op de Abbekerkerweg tussen Benningbroek en Abbekerk. Waarschijnlijk ging het slechts om een snee in de hals, want het slachtoffer kon nog op de sjees rijden, en praten. (Zie: 4775/109.)
Verdere details rond de zaak zijn te vinden in het oud-rechtelijk archief der stede Abbekerk: O.R.A. inv.nr. 5427 (examinatiën en informatiën) en O.R.A. inv.nr. 5432 (officiers criminele rol).
N.B. 2: De secretaris maakt een fout wat betreft de naam van de advocaat, want dit moet zijn Zacharias L’Epie, advocaat te Enkhuizen (zie: L’Epie, Zacharias Olferts!).
Zie: O.R.A. inv.nr. 5427 en 5432, en Album Advocatorum : De advocaten van het Hof van Holland 1560-1811. (Bibliotheek: plaatsnummer 140 C 7).
Verdere details rond de zaak zijn te vinden in het oud-rechtelijk archief der stede Abbekerk: O.R.A. inv.nr. 5427 (examinatiën en informatiën) en O.R.A. inv.nr. 5432 (officiers criminele rol).
N.B. 2: De secretaris maakt een fout wat betreft de naam van de advocaat, want dit moet zijn Zacharias L’Epie, advocaat te Enkhuizen (zie: L’Epie, Zacharias Olferts!).
Zie: O.R.A. inv.nr. 5427 en 5432, en Album Advocatorum : De advocaten van het Hof van Holland 1560-1811. (Bibliotheek: plaatsnummer 140 C 7).
Toegangsnummer:
1685 Notarissen in West-Friesland tot 1843, 1552-1843
Inventarisnummer:
Aktenummer:
32
Status:
De voor- en achternamen in de index van deze akte zijn gestandaardiseerd
laatste wijziging 10-10-2022
1 gedigitaliseerd
totaal 2 bestanden