U doorzoekt hier de complete collectie van het Westfries Archief.
Klik op de info-knop boven de zoekbalk voor tips bij het zoeken.
Voor bouw- en hinderwetvergunningen hebben we een speciale zoekpagina.
Wilt u de originele stukken raadplegen die u heeft gevonden? Vraag het stuk dan aan via de knop Aanvragen en kom langs tijdens onze openingstijden. Meer uitleg over het aanvragen van stukken vindt u hier.
Mijn Studiezaal (inloggen)
Zoeken in alles (inclusief archieven)
1685_3872 ONA 3872. Hauwert, akten notaris Gerrit Adriaensz Van Warmenhuijsen, 1634-1653.
Attestatie, 2-5-1634
Notaris:
Gerrit Adriaensz van Warmenhuijsen
Plaats notaris:
Hauwert
Soort akte:
Attestatie
Persoon in notariële akte:
Annotatie1:
Zie ook: 3872/010.
Een vrouw uit Hauwert, die gaat vertrekken naar Friesland, maakt haar wensen kenbaar aangaande de toekomst van haar minderjarige zuster, vooral aangaande de religie.
Een vrouw uit Hauwert, die gaat vertrekken naar Friesland, maakt haar wensen kenbaar aangaande de toekomst van haar minderjarige zuster, vooral aangaande de religie.
Annotatie2:
Deze zuster ‘was tot Oostwoud van jonghs op ter min geweest’ en woonde tegenwoordig nog steeds bij deze pleegmoeder, maar nu te Twisk.
De deposante verklaarde ‘haer ernstige wille ende begeerte te wesen, dat voorsz[eyde] haren suster bij de tegenwoordige haren aangenomen moeder sal blijven woonen, soo lange sij ’t selve sal willen houden, gevende daertoe alsulcke redenen, dat d’selve hare suster alsdan sal opgetrocken worden in de ware christelijcke gereformeerde religie, daer sij anders in ’t believen van d’selve haer voochden sal gestijft ende geperst werden in de afgoderie des pausdoms, ’t gunt haer van herten leet soude wesen, dat sulcx geschiede. Verclaerde vorders, dat d’selve hare suster in geende[r] manieren (hoe sij aengeleyt wert van andere) ges[int?] is van haren minmoeder te v[er]scheyden, ende daerenboven seer genegen omme in de ware religie opgetrocken te werden, ende besorgende anders die selve te sullen moeten v[er]laten, sonder vorders de voorsz[eyde]’ zuster ‘believen wesen. Ingevalle d’selve haer suster niet en can ofte mach langer bij haer tegenwoordig moeder blijven, dat doch geschieden, dat sij to Oostw[oud] bij de broeder van hare minmoeder mach aengenomen worden, aldaer d’selve haer bedunckens sekerl[ijck] op een goede plaets ende wel v[er]sorcht sal wesen. soo in ’t genieten van goeden lijftochte alsmede in de oefeninge van de ware christel[ijcke] religie.’
Dit alles wil de deposante, ‘alsoo sij in corten met Jacob Jacobsz Lantman ende kinderen uyt dese landen in Vrieslant comt te v[er]trecken, ende daerom geerne soude sien dat d’selve haren suster wel v[er]sorcht ende v[er]sekert [is?].’
De deposante verklaarde ‘haer ernstige wille ende begeerte te wesen, dat voorsz[eyde] haren suster bij de tegenwoordige haren aangenomen moeder sal blijven woonen, soo lange sij ’t selve sal willen houden, gevende daertoe alsulcke redenen, dat d’selve hare suster alsdan sal opgetrocken worden in de ware christelijcke gereformeerde religie, daer sij anders in ’t believen van d’selve haer voochden sal gestijft ende geperst werden in de afgoderie des pausdoms, ’t gunt haer van herten leet soude wesen, dat sulcx geschiede. Verclaerde vorders, dat d’selve hare suster in geende[r] manieren (hoe sij aengeleyt wert van andere) ges[int?] is van haren minmoeder te v[er]scheyden, ende daerenboven seer genegen omme in de ware religie opgetrocken te werden, ende besorgende anders die selve te sullen moeten v[er]laten, sonder vorders de voorsz[eyde]’ zuster ‘believen wesen. Ingevalle d’selve haer suster niet en can ofte mach langer bij haer tegenwoordig moeder blijven, dat doch geschieden, dat sij to Oostw[oud] bij de broeder van hare minmoeder mach aengenomen worden, aldaer d’selve haer bedunckens sekerl[ijck] op een goede plaets ende wel v[er]sorcht sal wesen. soo in ’t genieten van goeden lijftochte alsmede in de oefeninge van de ware christel[ijcke] religie.’
Dit alles wil de deposante, ‘alsoo sij in corten met Jacob Jacobsz Lantman ende kinderen uyt dese landen in Vrieslant comt te v[er]trecken, ende daerom geerne soude sien dat d’selve haren suster wel v[er]sorcht ende v[er]sekert [is?].’
Toegangsnummer:
1685 Notarissen in West-Friesland tot 1843, 1552-1843
Inventarisnummer:
Aktenummer:
15
laatste wijziging 10-10-2022
1 gedigitaliseerd