U doorzoekt hier de complete collectie van het Westfries Archief.
Klik op de info-knop boven de zoekbalk voor tips bij het zoeken.
Voor bouw- en hinderwetvergunningen hebben we een speciale zoekpagina.
Wilt u de originele stukken raadplegen die u heeft gevonden? Vraag het stuk dan aan via de knop Aanvragen en kom langs tijdens onze openingstijden. Meer uitleg over het aanvragen van stukken vindt u hier.
Objecten
1685_224 ONA 224. Berkhout, akten notaris Jan Maertensz Heijmenssen, 1661-1684.
Attestatie, 26-6-1673
Notaris:
Jan Maertensz. Heijmenssen
Plaats notaris:
Berkhout
Soort akte:
Attestatie
Persoon in notariële akte:
Annotatie1:
Zie ook: 0224/078, 079, 080, 082, 090.
Betreft de competentie van de hoofdingelanden en van de dijkgraaf bij het doen van de ‘naschouw’.
Betreft de competentie van de hoofdingelanden en van de dijkgraaf bij het doen van de ‘naschouw’.
Annotatie2:
Op verzoek van Jacob Sijms, oud-burgemeester van Hoorn (zie: Sijms, Jakob Klaasz!), attesteren de hoofdingeland Vechter Maertsz (zie: Berkhout!, Vechter Maartens) en de oud-hoofdingelanden Tijs Sijbrantsz Neen (zie: Neen, Tijs Sijbrands), Cornelis Jansz Spierdijck (zie: Spierdijk, Kornelis Jans) en Jan Cornelisz Molenaer (zie: Molenaar, Jan Kornelisz).
Zij verklaren ‘waer ende waerachtich te sijn, hoe dat sij deposanten in haeren tijt hooftingelanden van [de] Westvriesschen Omringhdijck sijn geweest, dat sij deposanten noyt voor desen gedueren[de] haer regeringe bij den dijckgraeff van Drechterlant indertijt wesen[de] sijn beschreven geweest te compareren op den wech ofte dijck strecken[de] van [de] Noorderpoort der stadt Hoorn tot buyten aen 't sieckenhuys, teney[n]de deselve soude werden beraemt, bekeurt, ofte beschouwen, noch oock geen de minste kennisse en hebben, dat deselve wech soude werden genaemt, veel min te sijn den Westvriesschen Omringdijck ofte een gedeelte vandien.
Begeeren sij deposanten oock niet, noch en kunnen oock in goeder manieren niet lijden nochte dulden, dat ten dien eynde eenige coste ofte laste racken[de] denselven wech ofte dijck sullen werden gemaeckt, en gebracht tot laste van [de] voorsz[eyde] ambachten ofte Westvriesschen Omringhdijck.
't Geene voorsz[eyt] staet v[er]claerden oprechte waerheyt te sijn, presenteren[de] 't selve desnoots naerder met eeden te bevestigen.
Gedaen tot Westwoud in presentie van [de] e[dele] Jan Etsen ende Claes Jansz, getuygen woonen[de] tot Westwoud hiertoe v[er]socht, die de munuite deses benevens haer attestanten en mij not[ari]s geteeckent hebben, actum ut supra.’
(Zie: Ettes, Jan, en: Jans, Klaas.)
Zij verklaren ‘waer ende waerachtich te sijn, hoe dat sij deposanten in haeren tijt hooftingelanden van [de] Westvriesschen Omringhdijck sijn geweest, dat sij deposanten noyt voor desen gedueren[de] haer regeringe bij den dijckgraeff van Drechterlant indertijt wesen[de] sijn beschreven geweest te compareren op den wech ofte dijck strecken[de] van [de] Noorderpoort der stadt Hoorn tot buyten aen 't sieckenhuys, teney[n]de deselve soude werden beraemt, bekeurt, ofte beschouwen, noch oock geen de minste kennisse en hebben, dat deselve wech soude werden genaemt, veel min te sijn den Westvriesschen Omringdijck ofte een gedeelte vandien.
Begeeren sij deposanten oock niet, noch en kunnen oock in goeder manieren niet lijden nochte dulden, dat ten dien eynde eenige coste ofte laste racken[de] denselven wech ofte dijck sullen werden gemaeckt, en gebracht tot laste van [de] voorsz[eyde] ambachten ofte Westvriesschen Omringhdijck.
't Geene voorsz[eyt] staet v[er]claerden oprechte waerheyt te sijn, presenteren[de] 't selve desnoots naerder met eeden te bevestigen.
Gedaen tot Westwoud in presentie van [de] e[dele] Jan Etsen ende Claes Jansz, getuygen woonen[de] tot Westwoud hiertoe v[er]socht, die de munuite deses benevens haer attestanten en mij not[ari]s geteeckent hebben, actum ut supra.’
(Zie: Ettes, Jan, en: Jans, Klaas.)
Toegangsnummer:
1685 Notarissen in West-Friesland tot 1843, 1552-1843
Inventarisnummer:
Aktenummer:
89
laatste wijziging 08-09-2020
1 gedigitaliseerd