Onvolledige akte: niet ondertekend en niet gedateerd, geen getuigen genoemd. De bovenstaande datering is slechts een benadering.
Betreft de verhuur van drie stukken land onder Westerblokker 'aen 't' Reguliers-klooster, dat door een jongen van zijn grootouders is geërfd en waarop door de insinuant reeds in 1624 een nieuw huis is getimmerd.

De requirant had in mei 1624 voor een notaris te Hoorn een contract gesloten met de grootouders van het kind, waarin uitdrukkelijk was bepaald, dat hij, na er een huis op te hebben gebouwd, het exclusieve recht zou hebben de drie stukken land te huren zolang het genoemde kleinkind jonger dan 20 jaar was. Bovendien zou hij dat gebouwde huis slechts mogen verkopen aan de genoemde grootouders of hun kleinzoon.
Nu willen 2 van de 3 voogden van de jongen te Hoogwoud, geïnsinueerden in deze, de drie stukken land blijkbaar aan een ander verhuren, waartegen de insinuant protesteert. Hij heeft de drie stukken land al die tijd voor ƒ 300.- per jaar in huur gehad, en zal daar nog 3 jaar lang het recht toe hebben, namelijk tot wanneer de jongen 20 jaar zal worden.
Hij doet echter bij deze het volgende voorstel: Hij is bereid afstand te doen van dit recht om het land nog drie jaar te huren, en toe te staan dat de stukken land aan een ander worden verhuurd, mits de voogden hem een bevredigende vergoeding bieden voor zijn huis, met bijbehorende grond en opstal. Voor de taxatie hiervan zullen vier 'goede mannen' moeten worden aangesteld door het gerecht van de stede Westwoud. De geïnsinueerden krijgen tot de eerstvolgende rechtsdag de tijd om te antwoorden.