Betreft de mate van belading van schepen bij het vervoer van zout op Hollandse schepen in het Middellandse Zee-gebied.
Op verzoek van de heer Samuel Sautijn (zie: Soutijn, Samuel) attesteren 2 kapiteins (schippers), namelijk Jan Jacobsz Brasdoor wonende te Berkhout (zie: Brasdoor of: Bras, Jan Jakobs) en Frederyck Teunisz te Enkhuizen (zie: Teunisz, Frederik), die verklaren, ‘dat de scheepen tot Jeves, soo root als wit sout ladende, altijt gewoon sijn tot Fillefrancke vrij wat op maet te leveren, als door leckagie oft werpinge van sout, door stooren [?] als anders 't selve niet belet en wert.

Geven[de] hij eerste getuyge voor redenen van wetenschap dat hij veele ende v[er]scheyden reyse van Jeves op Fillefrancke als schipper heeft gedaen ende tot 30, 40 à 50 meer in sucke [?] modijn ov[er]maet heeft gelevert ende noyt ondermaet, als alleen doen hij door v[er]legen stormen in de Golf van Aerbone heeft ov[er]boort gesmeeten.
Ende hij de tweede getuyge, dat hij een reyse als vooren met sijn schip de Marckis Cortius heeft gedaen en oock vrij veel ov[er]maet gehadt heeft.
't Geene voorz[eyt] is v[er]claeren sij get[u]ygen voorsz[eyt] beyde de oprechte waerheyt te sijn, presenteren[de] 't selve desnoots daertoe v[er]socht met soleneelen [sic] eede te bevestigen.
Aldus gedaen ende gepasseert tot Berckhout in de herberge aldaer, ter presentie van Cornelis Jacobsz ende Albert Jansz, getuygen lofweerdich hiertoe v[er]socht, die de munuite [sic] deses benevens de voorsz[eyde] getuyge ende mij notaris geteeckent hebben. Datum ut supra.’
(Zie: Water, Kornelis Jakobs [handtekening!] en: Barbier!, mr. Albert Jans.)
P.S.: Deze akte wordt halverwege onderbroken door de volgende andere akte, en 2 pagina's verder vervolgd.
N.B. 1: Met Jeves wordt waarschijnlijk het eiland Ibiza bedoeld (Eivissa in het Catalaans), dat destijds belangrijk was vanwege zijn zoutpannen.
N.B. 2: Fillefrancke is Villefranche-sur-Mer, een havenplaatsje gelegen even ten oosten van Nice aan de Côte d'Azur.
N.B. 3: Met de Golf van Aerbone wordt mogelijk de Golfe du Lion bedoeld, het stuk zee waaraan o.a. Narbonne ligt. Waarschijnlijk heeft de getuige ‘golf van Narbonne’ gezegd, wat door de notaris – die er misschien ook nog nooit van had gehoord – verkeerd werd verstaan.