U doorzoekt hier de complete collectie van het Westfries Archief.
Klik op de info-knop boven de zoekbalk voor tips bij het zoeken.
Voor bouw- en hinderwetvergunningen hebben we een speciale zoekpagina.
Wilt u de originele stukken raadplegen die u heeft gevonden? Vraag het stuk dan aan via de knop Aanvragen en kom langs tijdens onze openingstijden. Meer uitleg over het aanvragen van stukken vindt u hier.
Mijn Studiezaal (inloggen)
Objecten
1685_1667 ONA 1667. Grootebroek, akten notaris Pieter van der Deure, 1724-1730.
Attestatie, 27-11-1729
Notaris:
Pieter van der Deure
Plaats notaris:
Grootebroek
Soort akte:
Attestatie
Persoon in notariële akte:
1 Klaas Oensen
2 Heertje Jakobs (!) Dol
3 Jan Outgers (!) Molenaar
4 Gerrit Kras
5 Hendrik Hermans (!) Bakker/Hulshof!
6 Pieter Leidekker
7 Jakob Jans
8 Maarten Jans (!) Groot
9 Klaas Kornelisz (!) Mijzen
10 NN Gravemaker?
11 Wouter Jans (!) Bouwman
12 Dirk Jakobs
Object:
gebouw Gereformeerde kerk
Annotatie1:
Zie ook: 1667/139.
Betreft de consequenties en nasleep van een kaartpartijtje in de gereformeerde kerk van Grootebroek eind juli 1729. Twee Grootebroekers (requirant en opposant in deze) hebben daar toen met elkaar zitten kaarten, waarbij de requirant volgens de zeven deposanten (vijf uit Grootebroek en twee uit Bovenkarspel) wel zou hebben gepraat over 'zaken van de natuur' en zo meer, maar hij zou geenszins hebben gezegd dat hij wel voor de gevolgen en eventuele 'namaningen' zou instaan, die van het kaarten zouden kunnen komen, zoals de opposant blijkbaar beweert. Verder zou de gravenmaker, die daar de kerk aan het 'swarten' was, tegen de requirant hebben gezegd: 'Geef een musje of de brandewijn, of ik sal je bestrijken', waarop de requirant gezegd zou hebben: 'Ik heb geen gelt in mijn sak'. De gravenmaker zou hierop hebben geantwoord, dat hij wel krediet had, wat door de 1e deposant (een slijter?) werd bevestigd, waarna deze laatstgenoemde met instemming van de requirant toestemming gaf om het uit zijn huis te laten halen. Tenslotte is de deposanten niets bekend van dreigementen om de opposant met 'swartsel' te bestrijken.
Betreft de consequenties en nasleep van een kaartpartijtje in de gereformeerde kerk van Grootebroek eind juli 1729. Twee Grootebroekers (requirant en opposant in deze) hebben daar toen met elkaar zitten kaarten, waarbij de requirant volgens de zeven deposanten (vijf uit Grootebroek en twee uit Bovenkarspel) wel zou hebben gepraat over 'zaken van de natuur' en zo meer, maar hij zou geenszins hebben gezegd dat hij wel voor de gevolgen en eventuele 'namaningen' zou instaan, die van het kaarten zouden kunnen komen, zoals de opposant blijkbaar beweert. Verder zou de gravenmaker, die daar de kerk aan het 'swarten' was, tegen de requirant hebben gezegd: 'Geef een musje of de brandewijn, of ik sal je bestrijken', waarop de requirant gezegd zou hebben: 'Ik heb geen gelt in mijn sak'. De gravenmaker zou hierop hebben geantwoord, dat hij wel krediet had, wat door de 1e deposant (een slijter?) werd bevestigd, waarna deze laatstgenoemde met instemming van de requirant toestemming gaf om het uit zijn huis te laten halen. Tenslotte is de deposanten niets bekend van dreigementen om de opposant met 'swartsel' te bestrijken.
Toegangsnummer:
1685 Notarissen in West-Friesland tot 1843, 1552-1843
Inventarisnummer:
Aktenummer:
144
Status:
De voor- en achternamen in de index van deze akte zijn gestandaardiseerd
laatste wijziging 10-10-2022